Theorie-examen

Wie heeft voorrang? Must know regels voor je CBR theorie

Voorrangsregels op kruispunten, rotondes en uitritten eenvoudig uitgelegd voor je CBR-examen.

De verkeersregels over voorrang lijken op het eerste gezicht logisch, maar in de praktijk kunnen ze behoorlijk ingewikkeld zijn. Vooral tijdens het CBR theorie examen kom je vragen tegen die goed nadenken vereisen. Je moet niet alleen de theorie over voorrang kennen, maar deze ook kunnen toepassen in inzichtvragen. Dat maakt het extra uitdagend.
Tijdens onze dagcursus merken we dat veel kandidaten moeite hebben met dit onderwerp. Vooral met de zogenaamde sleepvragen op het examen, waarbij je situaties moet analyseren en het juiste voertuig naar de juiste locatie moet slepen, maken veel studenten fouten. En dat is begrijpelijk: ook in het echte verkeer is het belangrijk dat je precies weet wie wanneer voorrang heeft. Twijfel je? Dan kunnen verwarring of zelfs gevaarlijke situaties ontstaan. Daarom leggen we in dit artikel de voorrangsregels duidelijk uit, zodat je sterk staat tijdens je theorie examen en later in de praktijk.

Voorrangsregels

In het algemeen kun je voor elke situatie een stappenplan volgen om te weten wie voorrang moet geven en wanneer. Dit plan ziet er zo uit:

  1. Kijk, eerst naar verkeersborden en markeringen
    Zijn er haaientanden, stopborden of voorrangsborden zichtbaar? Dan bepalen die wie voorrang moet geven.
  2. Geen borden of markeringen? Dan: rechts heeft voorrang
    Als er geen markeringen of borden zijn, hebben bestuurders van rechts voorrang.
  3. Verkeer op dezelfde weg
    Zijn beide bestuurders al op dezelfde weg? Dan:
    • Rechtdoor op dezelfde weg gaat voor afslaand verkeer
    • Korte bocht gaat voor lange bocht
      (Bijvoorbeeld: een bestuurder die rechtsaf slaat gaat vóór iemand die linksaf wil)

Kijk eerst wat de borden en markeringen op de weg zeggen over voorrang. Deze gaan altijd voor.

Let op: borden en markeringen gelden alleen voor bestuurders en niet voor voetgangers.

Zijn er geen borden of markeringen? Dan heb je te maken met een gelijkwaardig kruispunt. Als jij en je tegenligger dezelfde borden of markeringen hebben, heffen die elkaar op en dan geldt weer: bestuurders van rechts hebben voorrang. Ook dit geldt niet voor voetgangers. Komt er niemand of meerdere bestuurders van rechts? Kijk dan naar wat het verkeer van plan is. Voor verkeer op dezelfde weg geldt: rechtdoorgaand verkeer gaat voor afslaand verkeer. Willen meerdere bestuurders afslaan, dan gaat degene die de korte bocht maakt vóór degene met de lange bocht.

Voorbeeldsituatie: voorrangsregels

We bespreken de volgende situatie als voorbeeld zodat je ziet hoe je de voorrangsregels toepast.

Kijk eerst naar de afbeelding hieronder en probeer te bepalen wie er als eerste mag. Weet jij het?

Kijk eerst naar wat de borden en markeringen op de weg zeggen over voorrang. Dan zie je dat de lesauto haaientanden en het bijbehorende voorrangsbord heeft. De blauwe auto en de fietser bevinden zich op een voorrangsweg. Je kunt dus al concluderen dat de lesauto als laatste gaat. Omdat de borden en markeringen op de weg niet aangeven of de fietser of de blauwe auto eerst gaat, ga je naar stap twee: bestuurders van rechts hebben voorrang.

In dit geval komt geen van beiden van rechts en bevinden ze zich op dezelfde weg. Ga dus naar stap drie: rechtdoor op dezelfde weg gaat voor of als beiden afslaan; de korte bocht gaat voor de lange bocht. In dit geval gaat de fietser rechtdoor op dezelfde weg en wil de blauwe auto linksaf slaan. Dus moet de blauwe auto de fietser voorrang verlenen.

De juiste volgorde van voorrang in deze verkeerssituatie is:

  1. Fietser
  2. Blauwe auto
  3. Lesauto


Voorrangsregels bij een uitrit

Wat zijn de voorrangsregels bij een uitrit? Bij het verlaten van een uitrit moet je alle weggebruikers voorrang geven. Alle weggebruikers betekent zowel bestuurders als voetgangers. Een uitrit herken je aan de uitritconstructie, meestal een verlaagde stoep. Je komt dit vaak tegen bij het verlaten van een woonwijk. Eindigt een woonwijk niet met een uitrit, dan gelden de normale voorrangsregels.

Let dus niet op het bord dat aangeeft dat je een woonwijk verlaat, maar op de uitritconstructie. Als twee auto's elkaar niet kunnen passeren in een smalle uitrit, geldt de regel: eruit eerst, dan erin.

Voorrangsregels op een onverharde weg

Een onverharde weg herken je meestal als een zandweg. Een onverharde weg is een weg die niet is bestraat met stenen of asfalt.
Als je van een onverharde weg komt, moet je alle bestuurders voorrang geven.

Let op: bij een uitrit moet je alle weggebruikers voorrang geven, maar vanaf een onverharde weg geef je alleen voorrang aan alle bestuurders.

Voorrang op een rotonde

In principe hebben bestuurders van rechts voorrang op een rotonde, maar in de praktijk zijn er bijna altijd haaientanden op de rotonde.
Bestuurders die al op de rotonde rijden, hebben dan voorrang op bestuurders die de rotonde op willen. Ook bij het verlaten van een rotonde moet je voorrang geven aan verkeer — meestal fietsers of voetgangers — dat op de rotonde is.

Er is een verschil tussen een fietsstrook op de rotonde en een fietspad dat ernaast loopt. In het laatste geval hoef je fietsers bij het verlaten van de rotonde, tenzij anders aangegeven, geen voorrang te geven.

Veelgemaakte fouten bij voorrang

Sommige voorrangsfouten worden vaak gemaakt omdat ze wat verwarrend kunnen zijn. We bespreken hier de meest voorkomende fouten zodat jij ze niet maakt op je theorie examen.

Fout 1: Vergeten eerst naar borden en markeringen te kijken!

Voorrang geven aan bestuurders van rechts geldt alleen bij een gelijkwaardig kruispunt. Dat wil zeggen: een weg zonder voorrangsborden of markeringen die voorrang aangeven. Het gaat dan ook om bestuurders die van een weg rechts van jou komen, en niet om bestuurders die naast je rijden.

Let ook op: je geeft voorrang aan bestuurders van rechts, niet aan voetgangers.

Fout 2: Rechtdoorgaand verkeer gaat vóór afslaand verkeer betekent niet dat rechtdoor altijd voor gaat

Een andere veelgemaakte fout is het idee dat rechtdoorgaand verkeer altijd voor afslaand verkeer gaat. Dat klopt, maar alleen als het om verkeer op dezelfde weg of uit dezelfde richting gaat.

Onthoud dus: rechtdoor op dezelfde weg gaat voor.Komt iemand van rechts? Dan heeft die bestuurder voorrang.

Gerelateerde posts

Vragen?

Wat is de regel voor onverharde wegen in Nederland?

Bestuurders van onverharde wegen moeten alle andere bestuurders voorrang geven.

Hebben voetgangers altijd voorrang?

Nee, voorrangsregels gelden vaak alleen voor bestuurders, niet voor voetgangers.

Hoe kan ik makkelijk de Nederlandse voorrangsregels leren?

Door gestructureerde theorielessen te volgen, zoals die van NuTheorie.

Wat gebeurt er als beide voertuigen dezelfde voorrangsborden hebben?

Dan heffen ze elkaar op en heeft de bestuurder van rechts voorrang.

Link copied to clipboard!